SERENE SCHOONHEID EN HARD
REALISME IN HET FOTOWERK VAN ED VAN DER ELSKEN
Leen Moelker
Expositie: Lust
for Life, Ed van der Elsken in kleur;
Plaats: Nederlands Fotomuseum Rotterdam;
Curator: Frits Gierstberg;
Periode: 25 mei-6 oktober 2019;
Entreeprijs: 7-14
euro;
Openingstijden: Di-Zo 11-17 uur;
Genre: Fotografie in kleur;
Catalogus:
Lust for Life,
240x285
mm, 37,50;
Gezien: 10 EN 24 augustus 2019;
|
De schilder/ fotograaf Edgar
Degas (1834 -1917) was een van de eersten die de beelduitsnede van de toevallige
fotografische impressie verwerkte in zijn schilderijen. De dichter Baudelaire
zag de fotografie niet als kunst maar slechts als een middel om het leven, de
resultaten van de wetenschap en de natuur vast te leggen.[1] In
Nederland was het Breitner (1857-1923) die de fotografie ontdekte als een
middel tot kunst- en werkelijkheid creatie. Het bewegend beeld (Lumière 1895)
werd verder ontwikkeld in de richting van de kunst maar zeker ook als exacte
weergave van belangrijke gebeurtenissen, de feiten. Ed van der Elsken fotografeerde
de gebeurtenissen in het leven van gewone mensen. Eerst in zwart wit, later in
kleur. Wat bewoog en wat dreef hem? Welke kenmerken heeft zijn fotografie? Hoe
reflecteerde Van der Elsken op de samenleving? Deze vragen komen in de
bespreking van de tentoonstelling in Rotterdam aan de orde. De hierbij
opgenomen foto’s zijn genomen met mijn mobiele telefoon en missen de vereiste scherpte.
De afdrukken op de tentoonstelling in Rotterdam zijn subliem en die moeten de
lezers echt zelf gaan bekijken. Het kan niet anders, wie over fotograferen
schrijft moet met foto’s laten zien wat de essentie van het verhaal is. Daarom
zijn deze keer veel afbeeldingen opgenomen, die dus alle gemaakt zijn tijdens
mijn rondwandeling in het Nederlands
Fotomuseum in Rotterdam.
1 Samenvattend oordeel over de expositie
De tentoonstelling Lust for Life in Rotterdam is een el
dorado voor fotografen. Het mooi verzorgde beeldmateriaal in kleur is ruim
voorzien van ondertitels en teksten. De bezoeker kan mede daardoor tijdens zijn slalom door de
zalen van het Nederlands Fotomuseum, een goed begrip krijgen van wat Ed van der
Elsken feitelijk dreef. De prachtig uitgelichte foto’s met inmiddels iconische
motieven – boeren, clochards, criminelen, mooie meisjes, nozems, Japanse
kabuki-choo, Bangladesh - en de show van
de pas gerenoveerde historische
diapositieven geven de tentoonstelling veel allure. Van der Elsken heeft vooral de gewone man uit
de wereldsamenleving gefotografeerd. Veel foto’s refereren aan de
boekverzameling Eye love You waarin
hij naast levensblijheid ook uitdrukkelijk armoede, oorlog en natuurrampen had
belicht. Als kijker realiseer je je dat de fotograaf geen digitale hulpmiddelen
had en dat hij zijn afdrukken persoonlijk in een ‘donkere kamer’ moest
optimaliseren.
Foto 1 ©Ed van der Elsken/Gerda van der Veen, Zelfportret,
ca 1972, Fotopapier op metaal, ca 87 x 57 cm (Rotterdam, Nederlands
Fotomuseum) Foto: Leen Moelker 24 augustus 2019.
2 Globaal overzicht van het oeuvre van fotograaf Ed
van der Elsken (1925-1990)
Het businessmodel van een
fotograaf in de twintigste eeuw bestond uit foto’s maken in opdracht van derden,
gespecialiseerde bedrijfsfoto’s leveren, afdrukken verkopen, fotoboeken
samenstellen en verkopen en later in de eeuw kwam daar eventueel nog bij de productie
van betaalde documentaires. Tot ca 1950 geheel in zwart-wit uitgevoerd, later
meer in kleur gemaakt. Van der Elsken begon al in de jaren vijftig met
kleurfotografie. Die was trouwens onder fotografen minder geacht dan
zwart-witafdrukken.
Van der Elsken voldeed ook aan
dat profiel. Maar gezien zijn aard, waren er vaak problemen met opdrachtgevers.
Hij wilde een eigen stempel op de producten drukken en daarom koos hij vaak
voor zelfstandig en in vrijheid werken. Hieronder is een overzicht opgenomen
van de belangrijkste delen uit zijn oeuvre (tabel 1).[2]
Tabel 1 Overzicht van de
verschenen fotoboeken en documentaires, samengesteld en vervaardigd door Ed van
der Elsken (1925-1990).
TITEL
|
JAAR
|
UITGEVER
|
KORTE INHOUD
|
OPDRACHTGEVER
|
FOTO/FILM
|
Een liefdesgeschiedenis in St. Germain des Prés
|
1956
|
De Bezige Bij
|
Het leven van de wanhopige
Parijse jeugd
|
Ed van der Elsken
|
Fotoalbum met
Rolleicord en Rolleiflex, 9x12 platencamera
|
Bagara
|
1958
|
De Bezige Bij
|
Het leven van Banda negers
in Afrika
|
De Bezige Bij via zwager
Milou in Frans Equatoriaal Afrika
|
Fotoalbum
|
Van Varen
|
1961
|
v. d. Elsken
|
Over de romantiek van varen
op de wereld-zeeën
|
Kon. Nederlandse
Redersvereniging
Vrij reizen als betaling
|
Film
|
De Appel-iep
|
1961
|
v. d. Elsken
|
Karel Appel aan het werk
aan beschilderen van een iep
|
vdE had bij Karel Appel in
New York onderdak gevonden na zijn wereldreis
|
Eerste documentaire in
overleg met Sandberg van Sted.Mus.Amst.
|
Karel Appel, de componist
|
1961
|
v. d. Elsken
|
Karel Appel componeert
elektronische klanken
|
Onderdeel van Jan Vrijmans
film De werkelijkheid van Karel Appel
|
Opdracht was Appel tijdens
zijn werk te fotograferen
|
Welkom in het leven, lieve kleine
|
1963
|
v. d. Elsken
|
Geboorte, gezin en leven in
een volksbuurt
|
Werkt nu met Paillard Bolex
16 mm film
|
In cinéma vérité: het echte
leven zonder editing
|
Sweet Life
|
1966
|
v. d. Elsken
|
Fotoboek over zijn
wereldreis
|
Geen. Is een fotoverslag
van Ed en Gerda ( zie film Van Varen
|
Presentatie in St. Mus. Amst.
met expositie Hee….zie je dat??!
|
Signalement van Peter Schat
|
1966
|
v. d. Elsken
|
Een Opera dirigent en
nieuwe muziek
|
Henk de Bie
|
Draaide als nieuwste film
op Hee… zie je dat?
|
Fotoreportages
|
1966
|
AVENUE
|
Reisverslagen Indonesië,
Cuba, Chili, Filippijnen.
|
Avenue (1966-1979), Revu, Parool
|
Soms met Mulisch,
Scheepmaker als schrijvers
|
Them & Us
|
1973
|
Ed en Gerda v. d. Elsken
|
De Nederlandse cultuur
|
BBC (Peter Adam)
|
documentaire
|
Zo maar een sloot ergens bij Edam
|
1977
|
Van Holkema & Waren-dorf
|
De blijheid van de mens in
de natuur
|
Foto’s bestemd voor Hans
Bouma, dominee.
|
vdElsken wilde ook ellende
toelaten. Afgewezen.
|
Eye love you
|
1977
|
idem
|
Mensenboek met liefde lust,
armoede oorlog, drugs
|
Uitgave gebaseerd op het
idee van Ds. Bouma (Unieboek B.V.)
|
Fotoboek in kleur. Plus
expositie in het Stedelijk
|
Hallo
|
1978
|
Ed van der Elsken
|
Klein mensenboek met humor
|
Eigen uitgave. De kritiek
erop was niet goed
|
Foto’s in beeldrijm in
vierkant boekje
|
Amsterdam! Oude Foto’s – 1947-1970
|
1979
|
Ed van der Elsken
|
Foto’s van Amsterdam
tijdens stads zwerftochten v.a. 1947
|
Vormgeving Anthon Beeke
|
In 1947 begint hij met de
9x12 platencamera van zijn vader
|
Avonturen op het Land
|
1980
|
Ed van der Elsken
|
Polderleven en zijn gezin met
Johnny Cowboy (*7.7.1979)
|
VPRO bestelde de
documentaire versie ervan. Montage Anneke Hilhorst zijn eega.
|
vdE beschikt nu over enkele
lenzen om macro foto’s te maken
|
Welkom in het leven lieve kleine (bis)
|
1981
|
Ed van der Elsken
|
Vervolg op deel I met Daan
Dorus (18) en Tineloe (20)
|
VPRO
|
documentaire
|
Parijs! Foto’s 1950-1954
|
1981
|
Bert Bakker
|
Foto’s van de stad Parijs
|
Ed v. d. Elsken en vormgeving Anthon Beeke
|
De zwart-wit fotografie
wordt weer ontdekt
|
Een fotograaf filmt Amsterdam
|
1982
|
Ed van der Elsken
|
De stad Amsterdam belicht
|
Ministerie CRM
|
29.6.1983 uitgezonden via
VPRO
|
Elsken: Paris 1950-1954 heruitgave
|
1985
|
Libroport Co Ltd te Tokyo
|
Foto’s in zwart wit van Parijs
|
Tatemi Sakai (Orion Ltd,)
agent vdE, initieert de uitgifte
|
Kimiaki en zus Keiko Ashino
achter Libroport C.Ltd.
|
Elsken: Japan 1959.1960
|
1987
|
Libroport Co Ltd te Tokyo
|
Japanse foto’s uit wereldreis 1959
|
Idem De foto’s tonen Japan
van voor de consumptiedrift
|
Zij hebben een uitgeverij
van kunstboeken
|
Jong Nederland: Adorabele rotzakken 1947-1987
|
1987
|
Bert Bakker
|
Oude en nieuwe foto’s over A’dam
|
Eigen editie Dit is zijn
laatste grote boek
|
Eigenlijk straat fotografie
|
Jazz 1955-1959.1961
|
1988
|
Libroport Co Ltd te Tokyo
|
Jazz muzikant ten, dans,
instrumenten
|
Idem en weerspiegelt de
tijdgeest
|
De Nederlandse editie mmv Bernlef (1991)
|
De ontdekking van Japan
|
1988
|
Fragment Uitgeverij
|
Magnum Opus over Japan
|
Vormgeving
Max Kisman
|
Een greep uit zijn enorme
archief
|
Afrika 1957
|
1990
|
Libroport Co Ltd te Tokyo
|
Gebaseerd op Bagara
|
In de serie Japanse
uitgaven
|
De reis met zijn
zwager naar Fr. Equ. Afrika
|
Once upon a time
|
1991
|
Fragment Uitgeverij
Amst.dam
|
Overzicht van
het oeuvre 1947-1990
|
+ Expositie na vdE. In Sted. Mus. Amsterdam
|
Ontwerp naar de wens van vdE.
|
3 Het leven van Ed van der Elsken[3]
De levensbeschrijving van Ed
van der Elsken, zoals Evelyn de Regt die heeft opgezet, is van groot belang
voor de interpretatie van zijn werk. Vasthoudend en hartstochtelijk streefde
Van der Elsken onafhankelijkheid na bij de invulling van zijn baan als
fotograaf. Daarvoor nam hij de armoede
op de koop toe. Dank zij mensen die in hem bleven geloven – Leen Timp, Gerda en
Anneke zijn respectieve vrouwen, Jan Vrijman – kon hij ons toch een belangwekkend
oeuvre nalaten.
Eduard van der Elsken werd
geboren op 10 maart 1925 in Amsterdam-Noord. Het gezin bestond uit de ouders,
broer Bert en zus Maria en het verhuisde al gauw naar de wijk Betondorp
Amsterdam-Oost. Zijn vader had een woninginrichtingsbedrijf, ’t Honk genaamd dat later gevestigd werd in
de Watergraafsmeer, Amsterdam.
Ed Jr. volgde de driejarige HBS en
aansluitend de tweejarige Openbare Handelsschool. In 1943 werd hij aangenomen
door Mart Stam aan de Kunstnijverheidsschool, Gabriël Metsustraat Amsterdam.
Daar leerde hij Hans en Frits Behrend kennen als politiek geëngageerde en
communistisch actieve medeleerlingen. Hun ideeën vond hij interessant, maar
zijn versie van de klassenstrijd kwam op school slechts tot uiting in een reeks
conflicten over wat wel of niet rechtvaardig was. Hij vatte belangstelling op
voor het vak beeldhouwen.
Een oproep van de Duitse
Arbeitseinsatz wist hij te omzeilen door ziekte te simuleren. Toch dook hij
onder bij de familie Blijenburg in Bergeijk, Noord-Brabant.[4] Daardoor
ontliep hij de hongerwinter omdat het Zuiden van Nederland al eind 1944 bevrijd
was. Na het zien van lijken en oorlogsschade besloot hij tot een
anti-oorlogsactie: hij meldde zich bij de mijnopruimingsdienst in Knokke (Foto
2). Dat duurde niet erg lang en na de bevrijding keerde hij naar zijn ouders
terug en leefde er zonder plan, onzeker en doelloos.
Foto 2, © Nederlands Fotomuseum, ‘Display met tekst van Ed van
der Elsken’ in: Ed van der Elsken, Eye
love you (Amsterdam 1977), 2019,
fotopapier op houten skelet, ca 120 x 100 cm (Nederlands Fotomuseum Rotterdam)
Foto Leen Moelker 24.8.2019.
Hij ontwikkelde
belangstelling voor film en grafiek maar de Avondambachtsschool maakt hij niet
af. Bij de Arbeiderspers kreeg hij in 1945 werk als technisch corrector van
drukproeven.
Evelyn de Regt beschrijft hoe
hij in die tijd ging experimenteren met de platencamera van zijn vader,
gegrepen als hij was door de straatfotografie van de New Yorkse fotograaf
Weegee.[5] In 1947 trad hij in dienst bij Foto Brouwer
de dorpsfotograaf van Wormerveer en ging hij een cursus fotografie aan de
Fotovakschool Den Haag volgen. Hij wenste echter niet te voldoen aan de hoge
standaarden van de school en ging in zijn vrije tijd met zijn vaders camera –
net als Weegee – op straat fotograferen. Het baantje bij Foto Brouwer beviel
hem niet en hij kreeg na enkele mislukte proefaanstellingen elders eindelijk
een baan bij de specialist in bedrijfs-, reclame-, en opdrachtenfotografie,
Nico Zomer. Hij was toen in staat om een Rolleicord fototoestel te kopen. Hij
fotografeerde er veelal stillevens mee: omgevallen bakken, lege straten
enzovoorts. Hij gebruikte deze camera ook tijdens een uitstapje naar zijn zus
in Parijs en Marseille en die foto’s maakten indruk op de fotografe Annelies Romein. Dat was belangrijk omdat zij
met Emmy Andriesse, Cas Oorthuys, Eva
Besnyö, Paul Huf, Ad Windig en anderen lid was van de “Gebonden
Kunstfederatie,” een links-cultureel milieu. Hij kwam door de ballotage heen en
werd collega/ assistent van Ad Windig. Hij werkte soms in opdracht maar dat lag
hem uiteindelijk niet: hij moest voldoen aan wat anderen willen.
Hij vertrok in 1950 naar
Parijs en werd op voorspraak van het GKF lid Taconis aangenomen bij het
reportagefotolaboratorium ‘Pictoral Service.’ Dat bedrijf werkte voor het
fotoagentschap Magnum met o.a. Henri-Cartier Bresson. Hij leerde er Ata Kando
kennen (en haar drie kinderen) met wie hij op 26 juni 1954 trouwde (en in 1955
weer van haar scheidde). Na een half jaar nam hij ontslag bij PS en koos voor
het zwerversleven onder de Parijse bohémiens. Hij legde toen gefascineerd het
droevige leven van die ontredderde jongeren vast. Ondanks hun protest ertegen.
Een mislukte balletdanseres Vali Myers, ook bohémien, bleek fotogeniek te zijn
voor Van der Elsken en hij maakte prachtige portretten van haar.
In die tijd ontdekte hij een
genre met affiches en personen in één beeld als tegengestelde werkelijkheden.
Hij kreeg verschillende
kansen om in de haute couture en reportagefotografie een baan op niveau te bemachtigen.
Hij verwaarloosde die echter en koos voor de ‘Alleingang.’ Maar om de
mainstream te bereiken heb je sponsors nodig en Ed vond die in Edward
Streichen, directeur van MOMA, New York. Die zorgde voor zijn internationale
doorbraak maar het boek over de Parijse bohémiens wist hij desondanks niet
uitgegeven te krijgen. Ook niet in Nederland. Tot in 1954 verschillende
fotobladen een proeve van zijn Parijse werk gingen publiceren. Ten slotte werd
ook zijn Een liefdesgeschiedenis in Saint
Germain-des Prés uitgegeven. De kritieken erop waren vernietigend:
schaamteloos, morbide, ordinair, een jeugd zonder idealen.
Met Jan Vrijman begon Van der
Elsken een nieuw soort journalistiek te exploreren. Zijn camera evolueerde naar
een Leica met telelens om sportverslaggeving te kunnen ondersteunen. De
echtgenoot van Mies Bouman, Leen Timp moedigde hem aan ‘in de film’ te gaan
volgens een mededeling van Timp aan Evelyn de Regt. Dat verliep echter
teleurstellend. Wel ontdekte hij de jazz als fotografisch thema en hij
fotografeerde Chet Baker, Louis Armstrong, Count Basie en vele anderen.
Op 15 september 1957 trouwde
hij met Gerda van der Veen, dochter van een beeldhouwer. Dat bracht hem nieuw
werk omdat zijn zwager Milou hem uitnodigde voor een verblijf van drie maanden
in Frans Equatoriaal Afrika waardoor hij voor de Bezige Bij een fotoboek kon maken (Bagara).
In 1959 wisten Ed en Gerda
van der Elsken sponsors te interesseren voor een lange wereldreis. De
Koninklijke Redersvereniging zorgde voor vervoer en tijdens de reis maakten ze
‘travellogues’ voor de AVRO en reisverslagen voor de Katholieke Illustratie en andere bladen. Ze deden Afrika aan,
voeren naar Malakka en bleven drie maanden in Japan fotograferen en filmen.
Daar ontdekte Van der Elsken
dat zijn beste foto’s ontstonden doordat zijn onderwerpen op zijn eigen persoon
reageerden. Via Hong Kong Mexico-Stad
gingen ze naar New York waar ze logeerden bij Karel Appel. Werken deden ze al
reizend, ze maakten meer dan vijfduizend foto’s (Foto 3).
Eenmaal terug in Nederland
werd in 1961 hun dochter Tineloe geboren. Ondertussen stelden ze de film Van Varen samen uit de shots die hij
tijdens de reis in opdracht van de Rederijvereniging had gemaakt. De publieke
belangstelling voor fotoboeken nam echter af en Van der Elsken besloot meer
nadruk te leggen op filmproductie en minder op fotografie.
Zijn kenmerkend stijl van
afdrukken kreeg navolging onder collega-fotografen: dramatisch, contrast,
donkere luchten, en doordrukken van relevante onderwerpen.[6]
In 1961 maakte hij de film Bewogen beweging in opdracht van het
Stedelijk Museum Amsterdam en in 1962 legt hij de opbouw van de geruchtmakende
tentoonstelling Dylaby vast.
Foto 3 © Ed van der Elsken,
42nd street New York, 1960, Fotopapier op metaal, ca 87 x 57 cm (Nederlands Fotomuseum
Rotterdam) Foto: Leen Moelker 24.8.2019.
Hij fabriceerde vervolgens
met vrienden een Paillard Bolex 16 mm filmapparaat met borststatief en begon
met documentaires maken. De Appel-iep (1961),
Karel Appel, componist (1961) in
opdracht van Philips. Gaandeweg ontpopte Van der Elsken zich als filmer in het genre ‘cinéma vérité’ waarin het echte
spontane leven wordt getoond. De filmer filmt de werkelijkheid zoals die is
zonder editing, en is met het Franse genre ‘Nouvelle vague’ te vergelijken.
Raoul Coutard (A bout du Souffle)
bracht Van der Elsken de kenmerken van het genre bij tijdens de opname van de film Als twee druppels water (Sponsor Freddy Heineken).[7] In 1963
maakt hij zijn eerste grote film Welkom
in het leven, lieve kleine. Onderwerp is zijn gezin met Gerda en Tineloe,
de geboorte van hun tweede kind Daan Dorus en het leven in een volksbuurt.
Verder maakte hij de opname van de film Op de bodem van de hemel van Jan
Vrijman.
In 1966 verscheen eindelijk
zijn beeldverslag van de wereldreis met Gerda: Sweet Life en ter gelegenheid hiervan bracht het Stedelijk Museum
Amsterdam een grote overzichtstentoonstelling Hee…..zie je dat? Daar werd ook zijn meest recente film getoond Signalement van Peter Schat.
Zijn bekendheid voerde tot
vijfentwintig nieuwe reportage opdrachten voor Revu, Het Parool, Avenue. Hij fotografeerde in die jaren Soekarno,
Fidel Castro, Marcos, Allende en anderen. Eerst gingen tekstschrijvers mee
(Harry Mulisch, Nico Scheepmaker e.a.) later ging hij naast de beelden de
bijbehorende teksten zelf aanleveren.
Uit de beschrijving van Evelyn
de Regt blijkt dat hij maatschappelijk gezien afstand nam van de
veranderingsgolf die in die jaren over de wereld spoelde. Incidenteel maakte
hij wel foto’s van rellen en provo’s maar hij had geen vertrouwen meer in een
herhaling van een communistische/ socialistische ideeënstrijd.
In 1970 kocht hij een
buitenhuis in Edam waar hij bleef wonen ook toen Gerda in 1971 ter inleiding op
hun echtscheiding in 1973, weer naar Amsterdam verhuisde (Foto 4).
Foto 4, ©Ed van der Elsken, IJsselmeerdijk,
Edam, 1970, Fotopapier op metaal, ca 87 x 57 cm (Nederlands Fotomuseum
Rotterdam). Foto Leen Moelker 24.8.2019.
Ze maakten nog wel samen een
documentaire Them & Us (1973). In
dat jaar ontmoette hij Anneke Hilhorst die hem tot zijn dood trouw bleef.
In opdracht van Margriet maakte hij vanaf 1974 een
reportage over de noodtoestanden in Bangladesh dat hem in zijn ziel raakte.
Toen meldde zich Memisa voor een film over haar missiewerk en ontstond Het is niet mis wat zij doen (1978).
Dominee Hans Bouma zette hem
op het spoor van een fotoboek waaruit levensblijheid zou blijken. Niet
onverwacht konden ze het niet eens worden omdat Van der Elsken naast liefde,
geluk en blijdschap, ook over oorlog, ziekte en armoede wilde vertellen.
Bouma kreeg een beperkte
versie ervan met Zo maar een sloot bij Edam (1977). Van der Elsken
bouwde verder aan zijn nieuwe boek een kleureneditie met de naam Eye love You (1977). Tijdens een
expositie in het Stedelijk Museum Amsterdam werd het boek gepresenteerd.
Zestigduizend exemplaren werden ervan gedrukt (Foto 5).
Daarna volgde het Hallo in een experimentele beeldrijm
opgezet; een groot succes was het niet. Het fotoboek Amsterdam! Oude foto’s – 1947-1970 (1979) verraadde al zijn
opbloeiende behoefte aan het stadsleven.
Voor hij zich weer geheel op
de stad Amsterdam richtte sloot hij de ‘landelijke’ periode af met zijn
fotoboek Avonturen op het land
(1980). Hij wilde erin laten zien hoe
mooi de natuur is, inclusief het leven met Anneke Hilhorst en hun pasgeboren
zoon Johnnie Cowboy. Anneke monteerde daarna verwant filmbeeldmateriaal in een
gelijknamige documentaire voor de VPRO.
In navolging van het boek over Amsterdam, maakte Van der
Elsken ook een retrospectief over Parijs: Parijs!
Foto’s 1950-1954 (1981). Hierdoor kwam zijn vroege werk uit die stad
volop in de belangstelling te staan. Verschillende musea kochten zijn afdrukken
aan toen de zwart-witfotografie een opleving vertoonde.[8]
In 1981-1982 verscheen het
vervolg op Welkom in het leven lieve
kleine (1963) met Tineloe en Daan Dorus in de hoofdrol, deels gefilmd in
het kraakpand van zijn dochter. Zijn bekendheid met Amsterdam leverde hem de
opdracht op van het ministerie van CRM voor de film Een fotograaf filmt Amsterdam (1982).
Maar afreizen naar verre
streken bleef hem trekken en daarom maakte hij opnieuw kennis met Japan waar
hij in 1986 een reizende expositie organiseerde met de Saint- Germain des Prés
foto’s. Maar ook toen fotografeerde hij het leven van de gewone Japanners en
die waren er zeer enthousiast over. Ze faciliteerden de Japanse uitgave van Paris 1950-1954 (1985), Japan 1959.1960 (1987), Jazz 1955-1959.61 (1988) en Afrika 1957 (1990).
In Amsterdam verscheen
inmiddels De ontdekking van Japan (1988).
In 1971 kreeg hij de Staatsprijs voor de Filmkunst. In 1988
ontving Van der Elsken de David
Roëlprijs (Prins Bernhardfonds) voor zijn gehele oeuvre. In 1990 ontving
hij de Capi-Lux Jubileum Prijs.
Maar dan heeft zich inmiddels
bij hem een ongeneeslijke ziekte gemanifesteerd en kon hij zich niet meer
bezighouden met een plan voor een grote retrospectieve tentoonstelling over
zijn oeuvre in het Stedelijk Museum Amsterdam.
Evelyn de Regt beschrijft hoe
hij via een spiegelwand zichzelf filmde voor de film Bye (juni 1990 laatste shots),
waarin hij op eigen wijze afscheid neemt van het leven. Op 28 december 1990
overleed hij en werd begraven bij de Grote Kerk te Edam.
4 Bespreking van de tentoonstelling in Rotterdam t/m 6
oktober 2019
Het Nederlands Fotomuseum is
een fijn museum dat goed bereikbaar is met het openbaar vervoer (tramlijn 25
o.a.) en met de auto. De ontvangst was tijdens ons bezoek vriendelijk en tot the
point.
Wij hadden een inleiding op
het leven van Ed van der Elsken geboekt. Het was nuttig te horen en te zien aan
de voorbeelden, dat de expositie vooral de afsluiting is van een grootschalig
restauratietraject. De omvangrijke dia-verzameling van Van der Elsken (42000
stuks) is voor teloorgang behoed door conservering en restauratie.
Vooraf hadden wij de
uitzending van het programma 2Doc ‘
Lust for Life, P.S. uit het hiernamaals’ (Jan Bosdriesz, 2019) bekeken met
historische opnamen van Ed van der Elsken We waren dus goed voorbereid op een
rondgang langs de foto’s op de tentoonstelling.[9]
Foto 5, ©Nederlands Foto Museum Rotterdam, Entree tentoonstelling Lust for Life, 2019/1977, Affiche- en
fotopapier en hout, ca 400x600x250 cm (NFM R’dam). Foto Leen Moelker 24.8.2019.
Direct bij binnenkomst van de
eerste zaal, de entree, viel de analogie op met de tentoonstelling uit 1977 in
het Stedelijk Museum te Amsterdam. Alle wanden zijn bedekt met afdrukvellen en
er zijn geluiden van een diashow, net als in 1977 (Foto 5). Direct daarna
rechts in de hoek overheersen buitenlandse opnamen onder andere van de premier
van Portugal, Caetano. Bezoekers kunnen allerlei richtingen op dwalen maar
overal priemen de indringende blikken van de gefotografeerde mensen naar voren.
Dat komt natuurlijk mede door de selectiecriteria van conservator Frits
Gierstberg, maar het wordt dan ook direct duidelijk wat Van der Elsken bewoog
in zijn leven. Mensen. Mensen en nog eens mensen.
Veel foto’s hebben slechts
een locatie en een jaartal als kenmerken. Andere worden geflankeerd door verwijzende teksten en er klinkt
gevarieerde klassieke muziek, zoals dat ook de voorkeur had van Van der Elsken
persoonlijk. Hij hield intens van klassieke muziek vooral van Bach (sereniteit,
gevoeligheid) en Vivaldi (opgewekte natuurstemming).
De indrukken van de afdrukken
zijn overweldigend. De kleurenpracht spat van de prachtig aangelichte foto’s af
en natuurlijk ontdek je al gauw dat het oeuvre van de fotograaf eigenlijk
draait om bijzondere poses van mensen die betrapt lijken in hun bezigheden.
Verschillende iconische
foto’s, die we kennen uit de fotoboeken en door later gebruik in affiches, zijn
nu van zeer dichtbij te bewonderen. Ik heb natuurlijk stilgestaan bij Beethovenstraat 1967 (foto 6).
Foto 6 © Ed van der Elsken, Beethovenstraat
1967, 1967, ca 86 x 57 cm, fotopapier op metaal (Nederlands Fotomuseum
Rotterdam). Foto Leen Moelker 24.8.2019.
Ik herken op deze foto de
iconische vervoermiddelen uit de jaren zestig. De Volkswagen Kever was ook mijn
populaire huurauto, rechts het Dafje van de Van Doornes dat al gauw door het
ontbreken van een versnellingspook een stoffig imago kreeg. De nieuwe
aandrijftechnieken appelleerden eerder aan traagheid en luiheid dan aan een
sportief rijgedrag. Dan zie ik een wit model staan dat lijkt op een Citroën
deux Cheveau (2Cv). De auto’s staan daar
geparkeerd en representeren de versnellende druk op de binnenstad door het
autoverkeer. Maar de reflecteren ook de opkomende bevolkingsmobiliteit als
gevolg van een grotere welvaartsspreiding.
En dan de dames in de mode
van die tijd: minirokken, een suikerspinkapsel, hoge blokhakken. Bovendien zijn
de meisjes slank van postuur waarschijnlijk in navolging van de toenmalige hype
rondom het Engelse model en slankheidskampioen Twiggy. De kleurrijke kleding
weerspiegelt een sfeer van experiment,
durf, meegaan met de ontwikkelingen en trends, verandering, kortom van een
kooplustige en welvarender sociale gemeenschap.
Je kunt er ook anders naar
kijken: het ‘blik’ op de achtergrond is een beeldvervuiler eersteklas. Toen al
raakte de stad verstopt.
Saillant is dat het
Nederlands Fotomuseum in 2011 foto’s heeft gevonden van diezelfde meisjes, maar nu gefotografeerd in een andere straat.
Het lijkt erop dat Van der Elsken de dames gevolgd is en ze overal heeft
gefotografeerd. Maar ze hadden er aardigheid in en keken graag op een manier die de fotograaf uitlokte. Wat
mij ervan bekend is dat die beeldmotieven – dames in andere poses in een andere
omgeving – een stuk minder interessant worden gevonden. Verder blijkt dat er
pogingen zijn gedaan om te achterhalen wat er van die dames geworden is. Zijn
ze inderdaad een gelukkige toekomst tegemoet gelopen? Die poging is echter
gestaakt.
Samengevat krijgen we met Beethovenstraat 67 enerzijds een historisch tijdsbeeld voorgeschoteld,
anderzijds een typisch staaltje van straatfotografie van Ed van der Elsken.
Van der Elsen was een sociaal
bewogen mens die oog had voor mensen in de verdrukking. Op de tentoonstelling
is de diapresentatie te zien die gemaakt is in opdracht van de NCRV en het
leven in Bangladesh na de overstromingen in 1974 toont. Van der Elsken spreekt
via een voice-over de kijker toe en smeekt bijna om te helpen (opbrengst
destijds ca 2,5 miljoen gulden). Die zin voor rechtvaardigheid is op de
tentoonstelling nog eens uitgelicht met een tekstaffiche die voor zichzelf
spreekt (Foto 2).
In de benedenzaal is een
diapresentatie te zien die is samengesteld uit beelden van het boek Eye love you, net als in 1977. Er is wel
een verschil. De muziek is modern[10] in
plaats van de klassieke versie met Bach en Vivaldi. De diashow duurt 15
minuten.
Figuur 7© Ed van der Elsken, Europa: Familie uit Vlaanderen. (Foto: Leen Moelker
24.8.2019 NFM Rotterdam).
|
Figuur 9 ©Ed van der Elsken, Havana Cuba 1967, (Foto: Leen Moelker
24.8.2019, NFM Rotterdam).
Figuur 10 ©Ed van der Elsken, Tokyo Shinjuku Japan, 1986, Dame in uitgaanswijk van Tokyo.
Wat de hier gepresenteerde
beelden gemeen hebben is dat de mensen contact met de fotograaf lijken te hebben. Van der Elsken ontdekte daarin
ook de werkwijze waarbij hij eerst de aandacht van zijn onderwerpen moest zien
te trekken om dan direct af te drukken. Het is het moment dat het onderwerp òf
graag poseert òf nog niet helemaal door heeft dat er een fotograaf aan het werk
is.
De Vlaamse familie staat er
keurig op, zo maar ergens in een straat. Ze lijken graag mee te werken. Het zijn
trotse ouders en geïnteresseerde jongelui. Het echtpaar uit Groenland kijkt ook
bewust, zelfs glimlachend in de camera. Van der Elsken was een natuurtalent om
anderen voor zich te laten werken zonder dat ze het beseften. Uit dit portret
lees je af dat de mensen in Groenland hard hebben moeten werken misschien wel
onder barre omstandigheden.
Van de meisjes aan de
telefoon kijkt er een verstoord om – wat een prachtige ogen! – terwijl de ander
een ‘telefoonblik’ heeft: ‘ik zie je wel, maar ik praat nu met iemand’ lijkt
zij te zeggen. Ze lijken duidelijk ‘betrapt,’ hangend tegen een telefoonhuisje.
Het is die flitsend kortdurende schuwe blik, die Van der Elsken hier wist te fixeren.
De Japanse dame zal door Van
der Elsken gespot zijn om haar haardracht. Toen ze naar hem op zij keek, was
dat precies wat de fotograaf nodig had: een blik recht in de lens en daardoor
identificeerbaar als een beetje excentrieke maar niettemin een levenslustige
wereldse vrouw. Ze loopt dan ook door de uitgaanswijk van Tokyo, Shinjuku. Daar
komen de moderne jongeren op af die gezien willen worden. Van der Elsken
bezocht graag de volksbuurten en bijzondere wijken. Hij heeft ook veel foto’s
gemaakt in de wijk Yasukuni dat een rechts georiënteerd centrum is van
chauvinisten, nationalisten en para militairen.
Zonder het te weten stonden
ze allemaal in dienst van Ed van der Elsken. Op de tentoonstelling wordt de
bezoeker bij binnenkomst gewaarschuwd met een niet mis te verstane tekst (Foto 11).
Foto 11 ©Van der Elsken en Nederlands Fotomuseum
Rotterdam, Kijk niet in deze ogen. Oeps, je keek toch!
Nu ben je onder mijn betovering. Foto: Leen Moelker 24.8.2019.
5 Slot
In de inleiding heb ik de
vraag gesteld welke kenmerken het werk van Van der Elsken heeft. We zagen dat
zowel de foto’s in zwart-wit als die in kleur grote herkenbare
uitdrukkingskracht hebben, doordat de focus is gelegd op de mens in zijn
bestaan van alle dag. Soms zijn ze in
diepe ellende gehuld, soms zijn de mensen
vol levenslust, uitbundig en vrij bewegend in de natuur. Dat wijst ook
op een sociale betrokkenheid van Van der Elsken. Hij zette zelfs eenmaal na een
afgeronde foto opdracht een succesvolle
hulpactie op touw voor slachtoffers van overstromingen in Bangladesh.
Hoewel hij zichzelf geen
chroniqueur van de tijd noemde, zien we in zijn oeuvre toch wel aspecten van de
politieke, sociale, culturele en economische wereldorde terug. Hij heeft de
gehele aardbol bereisd en de mensen erop gefotografeerd. Daardoor zie ik hem
als een fotograaf die als geen ander de serene schoonheid maar ook het wrede realisme binnen de wereldsamenleving in beeld heeft
gebracht. Zijn boeken, beelden, dia’s en films gaan over een voorbije tijd
waarin mensen gelukkig waren, of intens verdrietig, of hopeloos verliefd, of
soms een ellendig bestaan hadden maar toch vol overlevingsdrang daartegen in
verzet kwamen.
Ik ben blij dat er een
fotograaf is geweest die ook mijn eigen levensgeschiedenis van zulke
aansprekende en mooie beelden heeft voorzien.
Middelburg, 26 augustus 2019.
Nagekomen informatie 16 oktober 2019
In een bijeenkomst met Oek de Jong, auteur van het boek De Zwarte Schuur vernam ik van hem dat Ed van der Elsken hem steeds voor de geest stond. Diverse intertekstuele elementen verwijzen daarnaar in zijn boek. In de openingszinnen van DE ZWARTE SCHUUR komen drie meisjes voor met verregende jurkjes, wat rechtstreeks naar de hierboven besproken foto Beethovenstraat 1967
In een bijeenkomst met Oek de Jong, auteur van het boek De Zwarte Schuur vernam ik van hem dat Ed van der Elsken hem steeds voor de geest stond. Diverse intertekstuele elementen verwijzen daarnaar in zijn boek. In de openingszinnen van DE ZWARTE SCHUUR komen drie meisjes voor met verregende jurkjes, wat rechtstreeks naar de hierboven besproken foto Beethovenstraat 1967
heen wijst. Let ook op de personages die een levensstijl hebben a la Van der Elsken.
[1] Janson, History of Art New York 1982) 917.
[2] Evelyn
de Regt, ‘Biografie Ed van der Elsken’ in: Ed van der Elsken, Once upon a time (Amsterdam 1991)
Tekstdeel 52-53.
[3] Evelyn
de Regt, ‘Biografie Ed van der Elsken’ in: Ed van der Elsken, Once upon a time (Amsterdam 1991)
Tekstdeel 8-41.
[4] Zijn
vader was een goede klant van de textielweverij van Blijenburg en raakte met ze
bevriend.
[5] Arthur Usher Fellig (Weegee), Naked City (New York 1945).
[6]
Doordrukken is een techniek om een klein onderdeel van de afbeelding meer
contrast te geven zodat dat deel belangrijker wordt. Plaatselijk minder
contrast aanbrengen heet ‘tegenhouden’.
[7] In de
film speelt de jonge vriendin van Freddy Heineken een door Heineken ongewenste
pikante rol. Daarom werd de film snel uit de roulatie genomen en pas decennia
later weer op tv vertoond.
[8] Sweet Life: Prentenkabinet RU Leiden, Een liefdesgeschiedenis in Saint Germain des
Prés: Stedelijk Museum Amsterdam.
[10] Volgens
de brochure bij de tentoonstelling is hier te horen ‘het sterk ritmische Lust for Life uit 1977 van Iggy Pop en
David Bowie.