donderdag 30 januari 2014

LA SUPERBA, een recensie


¢RECENSIE

La Superba een boek over verbeelding, fantasie en illusies

 

Leen Moelker

Italië is een populair land onder toeristen. En zeker de Italiaanse steden zijn geliefd. Karakteristieke gebouwen en een opwindende geschiedenis trekken veel mensen van overal naar Italië toe. Ook de schrijver Ilja Leonard Pfeijffer is onder hen. Hij is zelfs in 2008 geëmigreerd naar Genua in Italië om daar schrijversinspiratie op te doen. Met La Superba  geeft hij zijn indrukken van de stad weer en tevens gunt hij zijn lezers een kijkje in het schrijfproces.

 

Korte Inhoud

 Leonardo, schrijver van beroep, woont in Genua. Eigenlijk heet hij Ilja Leonard Pfeijffer zo genoemd naar de Nederlandse schrijver met die naam. Leonardo wil inspiratie opdoen voor een nieuw te schrijven roman over de (discriminatie van) Afrikaanse immigranten en begeeft zich daarom onder de Genuezen. Gaandeweg zijn verblijf ontmoet hij allerlei bijzondere mensen zoals Rashid, een Marokkaanse ingenieur die op zoek is naar werk.  De Schotse immigrant Don ontvouwt hem zijn grote liefde voor Genua, maar of zijn verhaal klopt? En van de gevluchte Senegalees, voluit Djiby P. Souley, verneemt hij hoe Afrikanen proberen Europa te bereiken. Het naamloze meisje uit de ‘Bar met de spiegels’ brengt hem tot petrarkiaanse ontboezemingen over de Italiaanse vrouwen. Een geheel andere type vrouw is de uit de ‘hogere kringen’ stammende vijftigplusser Monia, een seks beluste alcoholiste die hem tot een vernederend gedrag dwingt. Verder zijn er nog karakteristiek Genuese personages als de jonge Cinzia, de Scandinavische theaterproducent Walter, de slinkse onroerend goedverkoper Pierluigi Parodi en zijn vader, en de travestiet Ornella die hem brengen tot in de krochten van Genua. Hun geschiedenissen leveren de ingrediënten voor het verhaal over Genua.

Interpretatie

Ilja Pfeijffer maakt er geen geheim van dat zijn poëtica aanleunt tegen die van de Nederlandse Vijftiger, Lucebert. Hij wil ontregelen. De vraag is of Pfeijffer een schrijver is die ook gedichten maakt, of een dichter is die ook romans schrijft. Wat mij betreft is behoort hij tot de laatste categorie.  

In een interview van Abdelkader Benali met Pfeijffer over de achtergrond van La Superba blijkt, dat de romancier vanaf 2008 aan zijn boek heeft gewerkt. Zijn aantekeningen zijn pas later omgevormd tot een roman en wel in een losse structuur van drie delen, twee intermezzo’s en korte hoofdstukken. Omdat de schrijver met zijn roman de rijke schakering van de Genuese samenleving wil beschrijven is dit een zeer geschikte vorm.

Het past dat de schrijver triomfen heeft gevierd als dichter. In deze roman kunnen we dat terugvinden in de stilistische hoogstandjes waarmee en het bloemrijk proza waarin het leven in Genua wordt beschreven.

De bedoeling van Pfeijffer was de lezers te laten voelen en ervaren hoe een bestaan als bewoner van Genua precies uitpakt. Hij wilde uitdrukkelijk geen reisbeschrijving geven maar met de lezer doordringen tot de kern van het dagelijkse problematiek. Poëtische taal is daar zeer geschikt voor maar het vraagt van de lezer ook een poëtische leeshouding. Dan zullen de letterlijke tekstherhalingen opvallen waardoor het betekenisproces extra wordt geactiveerd.

Toch is een gedeelte van deze erudiete roman op authentieke verhalen van immigranten gebaseerd. Soms schuilen achter de belevenissen van een romanpersonage diverse verhalen van echte Genuese inwoners. Fantasie en werkelijkheid zijn met elkaar verstrengeld. Het is interessant om te zien en te ervaren hoe de narratieve Leonard, de verteller, een discussie aangaat met zijn personage Djiby over de structuur van zijn roman. Wij bevinden ons in een fictieve wereld die echter ook concreet gaat over het lot van de hedendaagse Senegalese vluchtelingen.

Het onderwerp van de roman is de stad Genua, bijgenaamd La Superba of de hoogmoedige. Op zichzelf genomen is dit geen vernieuwend genre omdat vooral Amerikaanse schrijvers – Sherwood Anderson (1910) Edith Wharton (1920), Saul Bellow (1953), Morrison (1992) – de stad ook al als plaats in de cultuuruitwisseling hebben neergezet. En in de filmgeschiedenis heeft de stad ook gefigureerd als plek die de mens overweldigt en bedreigt (Metropolis,1929) of angst laat oproepen (Sin City,2005).

Toch zegt Maarten ’t Hart in een interview dat hij de roman van Pfeijffer vernieuwend vindt maar hij zegt er niet bij waarom dat zo is. Ik schat in dat hij bedoelt dat La Superba zo knap geconstrueerd is. Want het is geen gemakkelijke opgave om al die verschillende verhalen van  passanten tot een eenheid te smeden. En dat is toch wat de schrijver doet en nog fantasierijk ook.

De stad is dus een multi-etnische vergaarbak. Want er zijn vooral Afrikanen, Marokkanen en Noord-Europeanen in Genua neergestreken, die op zoek zijn naar een beter leven. Ze dromen allemaal van een menswaardig bestaan en een gelukkig leven maar de realiteit is dat ze illegaal zijn en worden miskend. De globalisering laat hiermee ook haar andere kant zien.

Zijn de oorspronkelijke Genuezen dan wel gelukkig? De vrouwen in elk geval niet. Hoewel alles ‘come si deve’ gaat in de stad (alles gaat zoals het behoort) lopen de meeste vrouwenlevens tragisch af. Zelfs het ’mooiste meisje van Genua’ eerder in lyrische taal beschreven ‘als een sierlijke zweepslag in een art-nouveauornament, eindigt in de prostitutie.

‘Je leeft in je eigen fantasie’ is een veel voorkomende zin in de roman. Want het is begrijpelijk dat dromen over een mooie toekomst de enige uitweg biedt te midden van al die triestheid. Ook Leonardo de verteller doet er aan mee als hij zegt  dat hij deel wil uitmaken van deze wereld en dat hij wil wonen in dit labyrint als een gelukkig monster. Zelfs als hij een geamputeerd mensenbeen vindt, lijkt hem dat normaal te zijn voor Genua. Hij fantaseert er gewoon het lichaam van een mooie vrouw bij, maar die verbeelding blijkt later ver van de werkelijkheid te staan. De ultieme droom om één te worden met Genua komt uiteindelijk uit als Leonardo zijn identiteit opgeeft en onderduikt in de fantasiewereld van de Genuese travestieten.  En zo fungeert ook de fantasie bij het personage Djiby de Senegalees en bij de Schotse immigrant Don. De eerste blijft zijn illusie van een rijk bestaan koesteren, terwijl de laatste met zijn fantasie letterlijk ten ondergaat.

Samenvattend gesteld zijn er drie thema’s in het boek – de stad, vrouwen en fantasie – die voor mij de basis voor de roman vormen. De stad (Genua) als  kruispunt in de menselijke migrantenstromen, een vrouwencultuur waarin dienstbaarheid en beschikbaarheid van de vrouw voor de man een deugd is en de fantasie van de schrijver die het mogelijk maakt beelden uit de werkelijkheid uit te bouwen tot een hyperrealiteit.

 

Slotopmerkingen

Is Pfeijffer in zijn onderneming geslaagd om de lezer te laten genieten van zijn roman en van het spel met de taal?  Hebben aandachtige lezers het kunnen ervaren hoe de mensen in Genua – allochtonen en autochtonen – worstelen met hun identiteit?

Mijn antwoord is volmondig bevestigend. Zoals uit de voorgaande tekst blijkt vind ik echter de roman La Superba geen optimistisch boek.

Dat komt omdat iedereen voortdurend een strijd om het bestaan moet leveren. Er worden oorlogen uitgevochten onder allochtonen en omdat ze illegaal zijn drukt het identiteitsverlies zwaar op de ontheemde immigranten. Zij bestaan niet voor de Italiaanse wet. Zelfs Leonardo snijdt de banden met het vaderland door en duikt onder in een geheel andere identiteit. Toegegeven, hij is nu letterlijk één met Genua, maar dan wel in aangepaste vorm.

Verder zijn er voor de vrouwen van Genua weinig glansrollen weggelegd. Integendeel,  hun tragische lot – drankverslaafd, prostitutie, verlopen adel – hoort al even goed bij de identiteit van een stad vol geweld.

En zo zijn er geen personages in dit boek met wie ik mij zou willen identificeren. De schrijver laat ruimte voor twijfel aan de waarheid van de verhalen en dat werkt ontregelend. En dat is precies de pendant van de conventieverstoringen uit Pfeijffers gedichten.

Afgezien van het deerniswekkende menselijk drama dat hier wordt gepresenteerd, is het natuurlijk toch de gebezigde taal die (her)lezen van de roman tot een groot plezier maakt. Ik heb er in mijn analyse enkele voorbeelden van gegeven hoe Pfeijffer met behulp van poëticale instrumenten de tekst van de roman tot een juweel maakt. Veel lezers zullen in dit boek telkens weer nieuwe stijlelementen ontdekken. Dat maakt het leesproces zo boeiend en leerzaam. Aan de Nederlandse literatuur wordt hiermee een prachtige want erudiete, dichterlijke stadsroman toegevoegd.

 

 Middelburg, 27 januari 2014

 

 

 

Boek:                    La Superba

Auteur:                Ilja L. Pfeijffer

Jaar:                      2013

Genre:                 Roman

Aantal bladzijden: 348

Druk:                    Eerste druk

Uitgever:            Arbeiderspers

Prijs:                     Euro 19,95

E-book:                               Euro 10,--

Analyse:              Leen Moelker

Datum:                27 januari 2014

ISBN:                    978 90 295 87273 /nur 301

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten